Speaking, grammar
Challenge, comparatives, animals
A2
Brainstorm, spel
Klassikaal
20 minuten
In dit filmpje wordt een leuke werkvorm uitgelegd voor het oefenen met comparatives: de comparative chain. In het filmpje vind je de volledige instructies voor deze gemakkelijke werkvorm, maar hieronder vind je ook nog eens kort de stappen.
Leerdoel
Je maakt correct gebruik van eenvoudige constructies die horen bij voorspelbare situaties. Je maakt nog systematische fouten in frequente routines en patronen.
De werkvom
In deze werkvorm laat je leerlingen eerst brainstormen over comparatives. Daarna maken ze een comparative chain: groepen leerlingen strijden tegen elkaar om zo veel mogelijk zinnen met de comparative te maken.
Laat leerlingen brainstormen over comparative woorden, bijvoorbeeld aan de hand van het alfabet (elke letter ten minste één woord).
Geef kort instructie over het maken van een zin met een comparative.
Verdeel de klas in teams van 4 leerlingen.
Start de comparative chain. Houd rondes van 3 minuten.
In elk team is er één leerling die de eerste comparative noemt (bijvoorbeeld: cats are bigger than dogs).
De volgende leerling maakt een comparative met het tweede zelfstandig naamwoord in de zin van de vorige leerling (in dit geval: dogs).
Leerlingen gaan zo door tot de tijd op is. Let op: ze mogen elk zelfstandig naamwoord maar één keer gebruiken!).
Voor elke nieuwe comparative krijgt het team een punt. Welk team heeft aan het einde de meeste punten behaald?
Tip van ESL Games: gebruik een thema, bijvoorbeeld ‘dieren’ of ‘eten’ waar de zinnen over moeten gaan.
Thiemo ondersteunt docenten in hun dagelijkse les.