Begrippen: Alle begrippen uit dit hoofdstuk
Jouw leerlingen gaan een geografische dominoset ontwerpen en het spel vervolgens spelen. Op elke steen staan begrippen uit dit hoofdstuk. Met dit spel oefenen leerlingen op een leuke manier hun begrippenkennis.
Bij de werkvorm hieronder vind je instructies voor het spelen, maar ook voor hoe je leerlingen zelf het spel laat maken. Wil je tijd in de les zelf besparen? Dan kun je zelf vast een set dominostenen maken zodat jouw leerlingen direct kunnen spelen.
De werkvorm Hoe speel je geodomino?
Ieder groepje krijgt een dominospel dat gemaakt is door een ander groepje. De leerling die begint leestvoor welk begrip er links op zijn steen staat. Degenedie de omschrijving denkt te hebben, leest dit hardop voor. Als iedereen akkoord is, wordt de dominosteen aangelegd. Dieleerling leest het begrip voor dat links op de aangelegde steen staat. Dit proces herhaalt zich tot alle stenen zijn aangelegd.
Hoe maak je het geodominospel?
Een dominospel bestaat uit 16 stenen. Elke groep van 4 leerlingen heeft straks 16 stenen nodig om het spel te kunnen spelen. Elke leerling heeft dus 4 stenen.
- Knip een A4-papier in 4 stukken. Dit zijn de dominostenen. Zet op elke steen een verticale streep in het midden.
- Kies met je groepje willekeurig 16 begrippen uit het hoofdstuk. Noteer aan de linkerkant op elke steen 1 van die begrippen.
- Noteer aan de rechterkant op elke steen in willekeurige volgorde de omschrijvingen van elk begrip. Zorg ervoor dat nooit de juiste omschrijving bij het juiste begrip op dezelfde steen staat!
Variatietips
Laat de leerlingen eenzelfde spel maken voor een ander hoofdstuk.
Het spel kan behalve met begrippen ook met foto’s gespeeld worden, bijvoorbeeld met foto’s van de verschillende landschappen in dit hoofdstuk.
Thiemo ondersteunt docenten in hun dagelijkse les.