• Begrippen: sociale huurwoning - voorziening - openbaar vervoer

Geen muur of vloer is recht in de binnenstad van Amsterdam, en toch willen er maar wat graag mensen wonen. Zoals je al in de inleiding van dit artikel uit het Parool kunt lezen, is ‘de (on)betaalbare stad’ een actueel thema in Amsterdam. Voor en van wie is deze stad? En hoe zal dat in 2050 zijn?

Leerdoelen

• Je herkent een waarderende aardrijkskundige vraag herkennen, je stelt deze op in een gegeven en nieuwe situatie, en je vergelijkt deze met andermans standpunt.

• Je herkent een voorspellende aardrijkskundige vraag en je stelt deze op in een gegeven en nieuwe situatie.

Vragen aan de klas

Stel jouw leerlingen de volgende vragen bij het artikel.
1. Waarom zijn de huizen in Amsterdam zo duur?
2. Waarom kunnen veel Amsterdammers niet meedoen aan ‘het leven in de stad’?
3. Wat wordt in dit artikel bedoeld met een ‘enclave’?
4. In alinea 3 gaat het over ‘traditionele’ kwetsbaren en ‘nieuwe’ kwetsbare groepen. Leg uit wie met beide groepen bedoeld worden.
5. Waarom vertrekken juist de ‘nieuwe’ kwetsbare groepen en niet de ‘traditioneel’ kwetsbare groepen?
6. Waarom speelt de ‘(on)betaalbare stad’ in alle grote Nederlandse steden? Geef het begrip dat hoort bij het proces dat hiervoor verantwoordelijk is.
7. Wat wordt bedoeld met een ‘verschraling’ van voorzieningen en waarom gebeurt dit?
8. Waarom is betaalbaar openbaar vervoer essentieel voor lage en middeninkomens om aan het leven in de stad deel te kunnen (blijven) nemen?
9. Welke negatieve gevolgen heeft de enclavevorming van steden voor de stad?
10. Welke oorzaken worden genoemd voor de ontstane problemen? Kun je ze uitleggen?
11. Welke oplossingen worden genoemd voor de ontstane problemen?
12. Wat vind jij: is de enclavevorming in de grote Nederlandse steden een probleem, of een teken dat het juist goed gaat? Waarom?
13. Wat denk jij: zal de grote Nederlandse stad tot 2050 steeds meer een enclave worden voor de rijken, of niet? Waarom?